De Gouden Ezel

Ewald Wels

Ik ben een verhalenverteller. In mijn foto’s en films ben ik op zoek naar de dingen die mij raken in het leven van andere mensen. Verhalen die mij meer vertellen dan alleen maar de feiten. Ik voel mij betrokken bij anderen en bij de levens die zij leiden. Kleine of grote verhalen. Ik kijk, ik luister en ik vertel hun verhalen.

Zoals de verteller in het verhaal van de Gouden Ezel zijn verhalen vertelt.

 

Ik zag een eindje voor mij uit twee mannen en ik voegde mij als derde bij hen. En toen ik luisterde naar hun gesprek, barstte een van de twee in lachen uit en riep: ‘Houd op met je verhaal en lieg me niet zulke dwaze en verschrikkelijke dingen voor.’ Toen ik dat hoorde – want ik dorstte naar nieuwigheden – zei ik: ‘integendeel, laat mij ook delen in jullie gesprek; ik ben wel niet nieuwsgierig, maar ik wil toch graag alles of ten minste heel veel weten; bovendien zal de bekoring van aardige verhalen de moeilijke beklimming van onze heuvel verlichten.’

Maar hij die het eerst had gesproken zei: ‘Och, dit bedrog is net zo waar als wanneer iemand wou beweren dat door een gefluisterd magisch woord snelle rivieren terugstromen naar hun bron, dat de zee tot traagheid wordt geboeid, dat de winden ademloos wegsterven, de zon blijft stilstaan, de maan tot schuim verkwijnt, de sterren worden losgerukt, het daglicht verdwijnt, de nacht beklijft.’

Toen sprak ik met groter zelfvertrouwen: ‘Jij, vriend, die het eerst het woord hebt gevoerd, heb er geen spijt van en laat je niet afschrikken verder te vertellen’, en tot de ander: ‘Maar jij, versmaad maar met dichte oren en verstokt hart dingen die misschien waar zijn gebeurd. Je hebt stellig niet in de gaten dat ten onrechte die dingen voor leugens worden aangezien, die nieuw zijn om te horen, ongewoon om te zien of het begripsvermogen te boven schijnen te gaan; maar als je ze wat nauwkeuriger onderzoekt, zul je bemerken dat ze niet alleen duidelijk te begrijpen zijn, maar ook gemakkelijk te doen.

Fragment uit De GOUDEN EZEL, een latijnse schelmenroman geschreven door Apuleius in de tweede eeuw na Christus. Het is de enige Latijnse roman die in zijn geheel de tijd heeft doorstaan. Het boek kent zelfs in onze tijd nog herdruk na herdruk. De schrijver had met deze roman veel invloed op de Westerse literatuur.

De held van het verhaal, dat volgt op de ontmoeting van de verteller met de twee reizigers, is een zekere Lucius, die op een reis door Thessaliƫ wordt omgetoverd in een ezel, maar toch een gouden ezel, een ezel met behoud van menselijk verstand, menselijke gevoelens, een scherpe opmerkingsgave en een onfeilbaar geheugen, dat hem in staat stelt later, als hij zijn menselijke gedaante heeft herkregen, alles wat hij als ezel heeft ondervonden nauwkeurig te vertellen. (Vertaling en toelichting M.A. Schwartz , 1969)